Op deze prachtige zonnige zaterdag reden we met gezwinde spoed richting Illhaeusern. We zouden daar vrienden treffen bij het overnachtingshotel en ons ‘s avonds in de watten laten leggen in Auberge d’Ill.
De simpele lunch onderweg in Hagondange (een salade du terroir en een flammenküche) deed ons goed en we genoten van de prachtige vergezichten in dit mooie noordelijke stuk van de Elzas. Rondom half 5 reden we het pieperige dorpje binnen en eigenlijk herkenden we het direct. Of de tijd had stilgestaan. We hebben nl. in 1986 ook eens bij de gebroeders Haeberlin gegeten en dat was een zeer memorabele maaltijd toen. Eén van onze eerste ***-ervaringen zelfs meen ik, hoewel George Blanc net iets eerder geweest kan zijn, dat weet ik niet meer precies.
Na wat lekkere biertjes en flink bijpraten in de schaduw bij het prettige hotel (het enige hotel naast het hotel van Auberge d’Ill, la Bergerie, in het dorp, waar ze flink van profiteren uiteraard) gingen we ons klaarmaken op de heerlijke koele kamer, want gelukkig hebben ze hier airco. De wandeling naar het restaurant is eigenlijk zes stappen en een keer vallen en de ontvangst door één van de zeer oude Haeberlins was vriendelijk. Binnen werden we opgevangen door een lid van de zeer omvangrijke witte brigade en we werden gevraagd of we het aperitief buiten wilden gebruiken.
Nu heeft de Auberge een prachtige tuin, dus natuurlijk wilden we dat. Buiten dineren is niet mogelijk. Ik begrijp dat wel, er is nogal wat niveauverschil, dus eigenlijk is dat niet goed te doen voor de brigade.
Een glaasje champagne wilden we wel, althans drie van ons, de vierde is alcoholvrij en daardoor meestal de BOB en dat werd een glaasje Taittinger. Lekkere champagne, lang geleden eigenlijk dat ik een Taittinger kreeg.
Erbij twee hapjes. Op een lepeltje een stukje paling met wat dingetjes erbij en een pizza-achtig koekje. Niet onaardig, maar ook niet om over naar huis te schrijven eerlijk gezegd.
De kaart werd ons overhandigd, die is ook on line te bekijken, dus daar verwijs ik kortheidshalve naar.
We kozen voor het menu uiteraard en de wijnkaart werd overhandigd. Die is hier natuurlijk uitgebreid en mooi. En kostbaar. Als eerste wijn kozen we een Klevener de Heiligenstein Heywang 2005 en die was tegen mijn verwachting in aan de zoete kant. Hij was in ieder geval niet droog genoeg voor mij, maar goed, ik had nog nooit een Klevener gedronken volgens mij en nu dus wel. Water werd geregeld en we werden aan tafel genood. Brood werd aangeboden en ook wat boter. Geen olie.
Een mooie ruime ronde tafel met zicht op de tuin voor mij en voor de anderen op de zaal, die weliswaar mooi verlicht was, maar toch wat duister was uiteindelijk en dat vind ik altijd jammer, ik zie graag goed wat ik eet.
Een andere amuse verscheen nadat de wijn was ingeschonken, een soepje onder een dakje. Een gambaatje trof ik aan, groentjes, ik meen iets van spelt en het geheel was hoog op smaak, tegen het pittige aan. Lekker. Alleen dat dakje maakte het wat mij betreft onnodig zwaar, het is eeuwen geleden dat ik iets met bladerdeeg kreeg in een restaurant, dus dat is dan wel weer geestig.
Het eerste gerecht was ‘Le Homard aux petits Pois à l’americaine virtuelle’....Kreeft met erwtjes dus.
Mooie stukken kreeft troffen we aan, lekkere puree van erwtjes, vier piepkleine lichtblauwe geleitjes, waarvan we de smaak eigenlijk niet goed konden benoemen, een ongare peul met overgare erwtjes erin en een kerstomaatje gevuld met iets van roomkaas. Best lekker, vooral de erwtjespuree en de kreeft.
Het tweede gerecht, ‘le Filet de St. Pierre, sauce vierge et supions aux épices’ kon me meer bekoren.
Op flink wat mooi op smaak zijnde groentjes lag een mooi stuk zonnevis, uitstekend van cuisson. Erop nog een mooi stuk inktvis in een jasje, die lekker was. De saus die met name de groentjes bediende maakte het helemaal af. Een lekker gerecht.
Onze tweede wijn was de Riesling Kientzler Geisberg Grand Cru 2004. De Riesling was erg lekker vond ik, ik vind de Elzassers sowieso weer een stuk prettiger, dat akelige zoetje in de afdronk is een stuk verminderd en daar hou ik van.
Gezien het volgende gerecht hadden we bij nader inzien de wijnen beter omgedraaid kunnen drinken maar goed, dit ging ook goed.
‘le Foie d’Oie poêlé aux Abricots, caramel à la Fleur de Sureau aux Amandes Fraîches’ verscheen, gebakken ganzenlever dus met abrikozen en karamel van vlierbloesem met verse amandelen. Precies dat troffen we op het bord aan. Het was jammer dat bij twee van ons de ganzenlever van binnen nog te ‘lillerig’ was, dat zou toch niet mogen. Bovendien was mijn stuk iets te hard gebakken aan de buitenkant en samen met die blubberige binnenkant levert dat dan een taaie buitenkant op. Een ernstige fout op dit niveau wat mij betreft.
Het vleesgerecht was ‘le Filet Mignon de Veau (origine France) et son Ris, accompagné d’une crêpe de pomme de terre truffé’.
Een mooi stuk kalfsvlees gevuld met helaas niet krokante zwezerik begeleidt door een aardappelpannenkoekje gevuld met wat spinazie en heel in de verte iets van truffel. Verder nog een quenelle van iets onduidelijks wat ongetwijfeld groente geweest zal zijn. Een aardig gerecht, maar wederom niet van het niveau wat ik verwacht had hier.
We waren toe aan de kaas en besloten tot een Maury V.D.N. Pouderoux rouge 2002.
De kaaswagen is hier - uiteraard zou ik zeggen, iets moet perfect zijn tenslotte - uitstekend. We maakten allen onze keus, waarbij ik het ‘geluk’ had dat de mannelijke tafelgenoot niet van kaas houdt, dus voor mij een bordje met alleen geitjes regelde, heerlijk!
De kaasjes waren uitstekend, hoewel ik het weer raar vond dat de Epoisses niet op een lepeltje werd gegeven, maar gewoon op het bord werd gelegd, waardoor ik nogal moest opschieten met hem te eten, want anders zou hij over alle andere kaasjes heen gelopen zijn. Beetje raar.
In zijn algemeenheid was ik niet geheel tevreden over het personeel. Weinig attent, net iets te gehaast en lichtelijk rommelig. Vreemd in een *** restaurant wat mij betreft, zeker in Frankrijk.
We waren toe aan de desserts en toen gebeurde er precies dat, wat ook bij Le Jardin les Sens gebeurde: er verscheen per persoon een plateautje met friandises.... Ik weet nog steeds niet goed wat ik daar nu mee aan moet. Het rare was ook dat toen we ons voor de koffie naar het terras verplaatsten het personeel wel wat waterglazen meenamen, maar niet de plateautjes met de friandises, waarschijnlijk met het idee dat we die niet wilden of zo. Dus droegen we die zelf maar. Maar eerst de desserts.
‘Le Pêche Haeberlin’ en reduction’. Een prachtige lichte perzikmousse met erin wat mooie zachte stukjes perzik lag in het bord en ernaast nog een sorbet van pistache, heel zacht van smaak (gelukkig, want ik ben niet zo kapot van pistache). Een heerlijk, zacht dessert was dit.
Het tweede dessert was ‘La Gourmandise aux fruits de Saison’. Een mooie millefeuille (tompoes), gevuld met heerlijke crème en mooi rood fruit vonden we, nog een streep coulis van rood fruit met aalbesjes en een bolletje ijs, waarvan de smaak me ontschoten is. Ik meen gewoon vanille. Ook een lekker dessert, lekker fris.
De wijn dronken we verder uit op het heerlijke terras, waar het inmiddels prettig koel geworden was, koffie en thee namen we daarna nog en na het betalen van de rekening wandelden we diep in de nacht terug naar het hotel.
Een avondvullende ervaring. Leuk om mee te maken, maar qua restaurant niet voor herhaling vatbaar wat mij betreft.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten